Inhoud
Bijlagen en downloads
Handige links
6. De rol van de bedrijfsarts
Als u ziek wordt, gaat u meestal eerst naar uw huisarts en daarna eventueel naar één of meerdere specialisten. Deze arts is uw behandelaar. Wanneer u door ziekte langer dan zes weken verzuimt of dreigt te verzuimen, is uw werkgever verplicht een geregistreerde bedrijfsarts in te schakelen. De bedrijfsarts is een medisch specialist op het gebied van arbeid en gezondheid. Hij werkt zelfstandig of is aangesloten bij een arbodienst.
De rol van de bedrijfsarts is heel anders dan die van de behandelend arts. Hij adviseert zowel u áls uw werkgever. De bedrijfsarts bekijkt welke belemmeringen u ondervindt bij het uitoefenen van uw werk en adviseert u over oplossingen of aanpassingen. De bedrijfsarts adviseert ook uw werkgever over uw mogelijkheden en wenselijke maatregelen. De werkgever kan het advies van de bedrijfsarts opvolgen, maar is er niet toe verplicht. Hoeveel begeleiding de bedrijfsarts u kan bieden, hangt af van het contract dat uw werkgever, met hem of de arbodienst waar hij werkt, heeft afgesloten. Het is minimaal verplicht dat de bedrijfsarts betrokken is bij het formuleren van de probleemanalyse en het eindoordeel (‘actueel oordeel’). Daarnaast moet de bedrijfsarts aan het eind van deze periode, vóór de WIA-aanvraag, een medisch verslag aanleveren.
Probleemanalyse
De bedrijfsarts begeleidt u naar werk(hervatting) en stelt onder meer een bedrijfskundige diagnose (de probleemanalyse) op. U mag van de bedrijfsarts verwachten dat hij informatie over uw situatie inwint bij uw behandelend arts om tot een onderbouwd advies te kunnen komen over de terugkeer naar werk. Zo nodig stemt hij zijn beleid af met uw behandelend arts.
Een probleemanalyse is nodig om het moment van de werkhervatting te bepalen. De bedrijfsarts houdt rekening met factoren zoals uw ziekteprognose, uw wensen, de mogelijkheden van uw werkgever, de huidige sociale wetgeving en uw belastbaarheid.
De bedrijfsarts bespreekt met u de uitkomsten van de probleemanalyse, de gevolgen van de ziekte en behandeling voor het werk en geeft informatie en advies over de mogelijkheden om terug te keren naar het werk. Hij beoordeelt of er belemmeringen aanwezig zijn voor werkhervatting en adviseert tijdig over het inzetten van behandelingen die de terugkeer naar werk vergemakkelijken. Wanneer eigen werk tijdelijk of blijvend niet meer uitgevoerd kan worden, adviseert de bedrijfsarts om een arbeidsdeskundige in te zetten en zo nodig om de mogelijkheden voor de re-integratie 2e spoor te gaan verkennen.
De bedrijfsarts bespreekt zijn bevindingen over werkomstandigheden en werkhervatting ook met uw werkgever. Het is gebruikelijk dat hij schriftelijk naar u en uw werkgever reageert. U ontvangt dezelfde informatie als uw werkgever.
- De bedrijfsarts is gebonden aan de medische geheimhoudingsplicht. Hij mag uw werkgever geen medische informatie geven. De bedrijfsarts mag uw werkgever wel advies geven over eventuele werkaanpassingen, waar u baat bij zou kunnen hebben.
- U spreekt de bedrijfsarts eens in de 6-12 weken, afhankelijk van de fase van de begeleiding. Als de behandeling nog in volle gang is en de komst naar de bedrijfsarts te belastend is, kan het contact ook telefonisch plaatsvinden.
- U mag iemand meenemen naar het spreekuur van de bedrijfsarts. U moet wel het woord voeren, zelfs als u erg emotioneel wordt. Uw partner, vertrouwenspersoon of casemanager kan ervoor zorgen dat u niets vergeet.
- De bedrijfsarts mag verwijzen naar behandelingen die uw mogelijkheden om te kunnen werken kunnen vergroten.
- U heeft recht op een gratis second opinion als u het niet eens bent met het advies of de prognose van de bedrijfsarts. U kunt ook een deskundigenoordeel aanvragen.
- Meer algemene tips en tools over het voeren van gesprekken vindt u in deel 1 van de Werkwijzer ‘Aan het werk met moeite’.
- Op de website van Mijn Re-integratieplan vindt u specifiek tips en oefeningen over gesprekken met uw bedrijfsarts.
- Het is belangrijk om voor het gesprek met de bedrijfsarts na te denken over wat uw klachten en beperkingen zijn. Denk ook vast na over aangepaste werkzaamheden. Bedenk wat het werk precies van u vraagt, welke (deel)taken mogelijk zijn en of het werk en de taken nog bij u passen. Onderstaande tools kunnen u helpen bij het beantwoorden van deze vragen:
– In deel 1 van de Werkwijzer ‘Aan het werk met moeite’ vindt u meer informatie over het in kaart brengen van uw beperkingen, mogelijk en wensen op het werk. Met het ICF profiel kunt u ook uw situatie in beeld brengen. In aanvulling van dit deel van de Werkwijzer is een apart ICF profiel ontwikkeld.
– In deel 3 van de Werkwijzer ‘WIA beoordeling’ vindt u meer informatie over het maken van een overzicht van beperkingen en mogelijkheden, het maken van een schema met dagelijkse activiteiten en een dagverhaal.
Filmpje met uitleg over de bedrijfsarts.